PROEV werd ontwikkeld door een consortium o.l.v. UGent en UAntwerpen, i.o.v. het Departement Onderwijs en Vorming

Ik laat mijn leerlingen na een toets of een grotere opdracht altijd reflecteren over hoe ze hebben gestudeerd en hoe ze het hebben ervaren. Dit levert mij veel informatie op over het leren van mijn leerlingen. Ik kan dan ook bijsturen als dat nodig is.
Leraar lager onderwijs

Beschrijving

Een analyse van een evaluatiemoment kan, afhankelijk van het vak en het doelpubliek, verschillende vormen aannemen. Ongeacht de vorm zet je de analyse in om leerlingen te laten reflecteren over hun prestaties en leerstrategieën, hun algemene bevindingen over het evaluatiemoment en de oorzaken voor hun presteren.

Voordelen

  • Het stelt leerlingen in staat  gericht te reflecteren over hun eigen presteren en leerproces. Dit verhoogt hun zelfregulatie (meer kan je hier lezen).

  • Het biedt leerlingen handvatten aan om hun presteren te verbeteren of om hun leerstrategieën bij te sturen.

  • Het helpt je als leraar om resultaten correcter te interpreteren.

  • De analyse geeft je een beter beeld van de mogelijke leerbehoeften van leerlingen.

  • Het biedt je handvatten om de instructie en de begeleiding te laten aansluiten bij de behoeften van leerlingen.

Voor een uitgebreide analyse is een hele tijdsinvestering nodig, waardoor het niet haalbaar is bij elk evaluatiemoment.

Een beknopt literatuuroverzicht kan je hier vinden.

Bronnen
open

De inhoud in dit overzicht is gebaseerd op volgende bronnen:

  • Collin, J., & Quigley, A. (2021). Teacher Feedback To Improve Pupil Learning. Guidance Report. Retrieved from /eef-guidance-reports/feedback/Teacher_Feedback_to_Improve_Pupil_Learning.pdf?v=1682698186

  • Quigley, A., Muijs, D., & Stringer, E. (2018) Metacognition and self-regulated learning. Education Endowment Foundation.

  • Goffin, E., Janssen, R., & Vanhoof, J. (2022). Teachers’ and school leaders’ sensemaking of formal achievement data: A conceptual review. Review of Education, 10(1), e3334.

  • Vanhoof, S., & Speltincx, G. (2021). Feedback in de klas. Verborgen leerkansen. Leuven: Lannoo Campus.

  • Winstone, N., & Carless, D. (2019). Designing Effective Feedback Processes in Higher Education: A Learning-Focused Approach (1st ed.). Routledge. /10.4324/9781351115940

  • Wiliam, D., & Leahy, S. (2019). Formatief evalueren in de praktijk. Bazalt Educatieve Uitgaven.

Algemene werkwijze: analyse van een evaluatiemoment

Gebaseerd op de literatuur rond zelfregulatie stellen we een algemene werkwijze voor die samenvalt met de drie zelfreguleringsstrategieën: plannen, monitoren en evalueren.

Voor het evaluatiemoment

Voor de leerlingen van start gaan, krijgen ze een reflectiekader dat peilt naar hun leerproces en leerstrategieën. Op welke manier hebben ze zich voorbereid? Welk gevoel hebben ze bij de leerstof? Wat voor vragen en opdrachten verwachten ze? Hoe schatten ze zichzelf in? Dit kan gewoon bovenaan een evaluatie-instrument staan. Belangrijk hierbij is dat ze de vragen en opdrachten nog niet hebben doorgenomen.

Onmiddellijk na afloop van het evaluatiemoment

De evaluatie eindigt met volgend reflectiekader:

Nadat je hebt gecorrigeerd

Op het moment dat de leerlingen de correctie terugkrijgen (of zelf doen, in het geval van zelfevaluatie), vullen ze onderstaand kader in. Hiermee gaan ze voor zichzelf na welke vragen ze goed beantwoordden en waarom ze bepaalde vragen foutief of niet volledig hebben beantwoord. Dit kan gaan van het niet goed lezen van de vragen tot het onvoldoende begrijpen van de leerstof. Voorzie een aantal mogelijke redenen, maar laat ook ruimte voor de inbreng van de leerlingen. Naarmate de leerlingen meer vertrouwd zijn met deze werkwijze kan je de reflectie volledig in handen leggen van de leerlingen.

nadat je hebt gecorrigeerd.

Praktijkvoorbeeld: leeranalyse van een mindere toets

Dit voorbeeld ontlenen we aan een leraar lager onderwijs die in zijn klas werkt met een leeranalyse. Na afloop van een toets, doorloopt hij de leeranalyse stapsgewijs, samen met zijn leerlingen.

Praktijkvoorbeeld: toetsanalyse bij wiskunde

Onderstaand voorbeeld is van een leraar wiskunde die in het vierde jaar secundair werkt met een analyse- en reflectiekader gericht op de leerstrategieën en zelfregulerende vaardigheden van leerlingen. Op basis van de literatuur rond effectieve leerstrategieën voegden we een aantal antwoordmogelijkheden toe. Het idee is dat leerlingen onderstaand kader invullen op het einde van de toets.

Bij de start van een volgende toets, vullen de leerlingen onderstaand kader in. De leraar krijgt op deze manier een beeld van de aanpassingen die leerlingen maakten in hun leerstrategieën. Vervolgens kan ze de impact van deze aanpassingen opvolgen en verder bijsturen waar nodig.

Tip: van welke antwoorden ben je zeker?

Als leerlingen fouten maken - en vooral als ze ervan overtuigd zijn dat ze het correcte antwoord gaven, en nadien corrigerende feedback ontvangen - zijn ze eerder geneigd om het juiste antwoord op lange termijn te onthouden en dus meer te leren (hypercorrectie-effect). Hier kan je op inspelen door leerlingen op toetsen of opdrachten te laten aangeven in hoeverre ze inschatten correct te hebben beantwoord. Hier zijn verschillende formats voor. Belangrijk is dat je een methode gebruikt waarbij de leerlingen dit zo eenvoudig mogelijk kunnen aangeven. Bijvoorbeeld door te omcirkelen of te onderlijnen. Enkele voorbeelden die we hier toepassen op een geschiedenistoets:

tip.

Eenmaal de toets of opdracht gecorrigeerd (dit kan door de leraar, een medeleerling of leerling zelf gebeuren), laat je leerlingen nagaan of de antwoorden waarvan ze zeker waren effectief correct waren. Indien er toch fouten in deze antwoorden zijn geslopen, stimuleer je de leerlingen om te onderzoeken wat ze fout deden. Je kan de leerlingen hierbij laten noteren waarom ze bepaalde fouten maakten en hoe ze dit in de toekomst kunnen vermijden. Deze werkwijze kan je eenvoudig opnemen.

Digitale mogelijkheden

Bovenstaande werkwijzen en kaders kan je opnemen in een online leeromgeving. De kaders kan je omzetten in een digitaal formaat.

Het één per één beoordelen van opdrachten van leerlingen, al dan niet aan de hand van vooropgestelde kwaliteitscriteria.
Een evaluatieresultaat is betrouwbaar wanneer het niet wordt beïnvloed door niet-relevante factoren. Het resultaat weerspiegelt de mate waarin een leerling de leerdoelen beheerst.
De zorg die alle leerlingen nodig hebben om zich te kunnen ontplooien en om gebruik te kunnen maken van hun talenten en mogelijkheden.
De mate waarin het werkgeheugen wordt belast. Om het leerproces te bevorderen, dien je de cognitieve belasting te optimaliseren.
Een cluster van kennis, vaardigheden en attitudes die leerlingen in complexe contexten kunnen toepassen.
De neiging om nieuwe informatie zodanig op te zoeken en/of te filteren dat deze de eigen ideeën, opvattingen en/of hypothesen bevestigt.
In een constructief afgestemd onderwijsproces zijn de leerdoelen, de (summatieve) evaluatie en de onderwijs- en leeractiviteiten op elkaar afgestemd.
In een constructief afgestemd onderwijsproces zijn de leerdoelen, de (summatieve) evaluatie en de onderwijs- en leeractiviteiten op elkaar afgestemd.
Een overzicht van de criteria die worden gebruikt om een opdracht te beoordelen. Het geeft aan waaraan een opdracht dient te voldoen en welke aspecten van belang zijn.
Het proactief, positief en planmatig omgaan met verschillen tussen leerlingen (interesses, leerstatus en leerprofiel) met als doel om een maximaal leerrendement voor alle leerlingen te realiseren op het vlak van motivatie, leerwinst en leerefficiëntie.
Het vermogen van leerlingen om informatie van verschillende bronnen te aanvaarden en te gebruiken om de kwaliteit van hun werk te verbeteren.
Het krijgen van te veel feedback waardoor leerlingen overrompeld worden en niet meer aan de slag kunnen met de feedback.
Aanpakken waarmee je het leerproces op de korte termijn bewust bemoeilijkt waardoor leerlingen harder moeten nadenken. Dit is gewenst omdat het op lange termijn voor leerwinst zorgt.
Het beschouwen van intelligentie als iets dat niet vaststaat, maar als iets kneedbaar. Personen met een growth mindset hebben de overtuiging dat capaciteiten ontwikkeld kunnen worden.
De neiging om een persoon (leerling) positief te beoordelen, gebaseerd op één positief aspect.
De neiging om een persoon (leerling) negatief te beoordelen, gebaseerd op één negatief aspect.
De moeilijkheid om je als expert te verplaatsen in de situatie van personen die bepaalde kennis (nog) niet hebben. Hoe meer kennis je hebt, hoe moeilijker om in te schatten hoe het is om deze kennis niet te hebben.
Een mentaal beeld van welk kwaliteitsniveau wordt verwacht, hoe verschillende kwaliteitsniveaus eruitzien en hoe je kan komen tot het nagestreefde kwaliteitsniveau.
De criteria die worden gehanteerd om te beoordelen in hoeverre een evaluatie succesvol was (= evaluatiecriteria, succescriteria).
De leerdoelen omschrijven wat leerlingen moeten kennen en kunnen op het einde van een leerproces. In deze tool wordt onder leerdoelen zowel de eindtermen, leerplandoelen als concrete lesdoelen verstaan die leraren kunnen nastreven.
De wijze waarop leerlingen leren. Verschillen in leerprofiel hebben vooral te maken met de leerstrategieën en de leervoorkeuren voor bepaalde activiteiten.
Wat leerlingen al kennen en kunnen. Verschillen in leerstatus uiten zich voornamelijk op (meta)cognitief vlak, maar gaan ook over verschillen op sociaal-affectief en (psycho)motorisch vlak.
Het spreiden van leermomenten doorheen de tijd om zo tot een hoger leereffect te komen.
Een evaluatie-instrument is valide wanneer het meet wat je beoogt te meten.
De maatregelen die het zorgteam neemt in samenspraak met leerling, ouders en leraren. Het doel is om leerlingen die extra zorg nodig hebben te ondersteunen om de gestelde leerdoelen te bereiken.
Het vertrouwen in de eigen bekwaamheid om een opdracht tot een goed einde te kunnen brengen.
Het vermogen om het eigen leren te plannen, te monitoren en te evalueren.
Het in eigen woorden uitleggen van de leerstof.