PROEV werd ontwikkeld door een consortium o.l.v. UGent en UAntwerpen, i.o.v. het Departement Onderwijs en Vorming

Met evaluatie raak je aan de essentie van het schoolse gebeuren. Door hierop in te zetten, werk je rechtsreeks aan onderwijskwaliteit.
Pedagogisch begeleider

De kwaliteitsverwachtingen voor kwaliteitsvol onderwijs werden tijdens het schooljaar 2016-2017 vastgelegd in het Referentiekader voor onderwijskwaliteit (kortom: het OK). Dit OK bevat vier rubrieken (1. resultaten en effecten, 2. ontwikkeling stimulerend, 3. kwaliteitsontwikkeling en 4. beleid) en deelrubrieken. De kwaliteitsverwachtingen zijn verduidelijkt in kwaliteitsbeelden, die ook richting geven aan de kwaliteitsschalen die de onderwijsinspectie hanteert. Het OK stimuleert scholen om een eigen (kwaliteits)beleid op te stellen en een eigen koers uit te tekenen. Het bevordert de dialoog tussen verschillende onderwijspartners: het creëert een duidelijke taal om te spreken over kwaliteit en ontwikkeling.  

Het OK is opgesteld in opdracht van de Minister van Onderwijs en kwam voort uit de samenwerking tussen Katholiek Onderwijs Vlaanderen, GO! onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap, Provinciaal Onderwijs Vlaanderen, Onderwijskoepel van Steden en Gemeenten, Overleg Kleine Onderwijsverstrekkers en de onderwijsinspectie. Ook leerlingen, cursisten, ouders, schoolteams en andere betrokkenen werkten hier intensief aan mee. Het is met andere woorden een breed gedragen referentiekader dat geldt voor alle onderwijsniveaus en -vormen, met uitzondering van het hoger onderwijs. Meer informatie over het OK kan je hier vinden.

Leerlingenevaluatie heeft een centrale plaats in de dagelijkse onderwijspraktijk en binnen het bredere kader van onderwijskwaliteit. Het OK ziet leerlingenevaluatie als een belangrijk onderdeel van een kwalitatief goed onderwijsproces: aandacht voor de kwaliteit van leerlingenevaluatie sluit aan bij enkele ruimere kwaliteitsverwachtingen.

Dit roept de vraag op hoe deze professionaliseringstool kadert binnen het OK. Aan welke kwaliteitsverwachtingen kan je als school werken door een professionaliseringstraject uit te rollen vanuit een doeltreffend evaluatiebeleid? Dit vind je beknopt terug in Figuur 1. De kwaliteitsverwachtingen waarop je rechtsreeks of onrechtstreeks kan inzetten, staan in het groen.

Figuur 1: Overzicht van kwaliteitsverwachtingen waarop je kan inzetten. Bron: mijnschoolisok.be
Het één per één beoordelen van opdrachten van leerlingen, al dan niet aan de hand van vooropgestelde kwaliteitscriteria.
Een evaluatieresultaat is betrouwbaar wanneer het niet wordt beïnvloed door niet-relevante factoren. Het resultaat weerspiegelt de mate waarin een leerling de leerdoelen beheerst.
De zorg die alle leerlingen nodig hebben om zich te kunnen ontplooien en om gebruik te kunnen maken van hun talenten en mogelijkheden.
De mate waarin het werkgeheugen wordt belast. Om het leerproces te bevorderen, dien je de cognitieve belasting te optimaliseren.
Een cluster van kennis, vaardigheden en attitudes die leerlingen in complexe contexten kunnen toepassen.
De neiging om nieuwe informatie zodanig op te zoeken en/of te filteren dat deze de eigen ideeën, opvattingen en/of hypothesen bevestigt.
In een constructief afgestemd onderwijsproces zijn de leerdoelen, de (summatieve) evaluatie en de onderwijs- en leeractiviteiten op elkaar afgestemd.
In een constructief afgestemd onderwijsproces zijn de leerdoelen, de (summatieve) evaluatie en de onderwijs- en leeractiviteiten op elkaar afgestemd.
Een overzicht van de criteria die worden gebruikt om een opdracht te beoordelen. Het geeft aan waaraan een opdracht dient te voldoen en welke aspecten van belang zijn.
Het proactief, positief en planmatig omgaan met verschillen tussen leerlingen (interesses, leerstatus en leerprofiel) met als doel om een maximaal leerrendement voor alle leerlingen te realiseren op het vlak van motivatie, leerwinst en leerefficiëntie.
Het vermogen van leerlingen om informatie van verschillende bronnen te aanvaarden en te gebruiken om de kwaliteit van hun werk te verbeteren.
Het krijgen van te veel feedback waardoor leerlingen overrompeld worden en niet meer aan de slag kunnen met de feedback.
Aanpakken waarmee je het leerproces op de korte termijn bewust bemoeilijkt waardoor leerlingen harder moeten nadenken. Dit is gewenst omdat het op lange termijn voor leerwinst zorgt.
Het beschouwen van intelligentie als iets dat niet vaststaat, maar als iets kneedbaar. Personen met een growth mindset hebben de overtuiging dat capaciteiten ontwikkeld kunnen worden.
De neiging om een persoon (leerling) positief te beoordelen, gebaseerd op één positief aspect.
De neiging om een persoon (leerling) negatief te beoordelen, gebaseerd op één negatief aspect.
De moeilijkheid om je als expert te verplaatsen in de situatie van personen die bepaalde kennis (nog) niet hebben. Hoe meer kennis je hebt, hoe moeilijker om in te schatten hoe het is om deze kennis niet te hebben.
Een mentaal beeld van welk kwaliteitsniveau wordt verwacht, hoe verschillende kwaliteitsniveaus eruitzien en hoe je kan komen tot het nagestreefde kwaliteitsniveau.
De criteria die worden gehanteerd om te beoordelen in hoeverre een evaluatie succesvol was (= evaluatiecriteria, succescriteria).
De leerdoelen omschrijven wat leerlingen moeten kennen en kunnen op het einde van een leerproces. In deze tool wordt onder leerdoelen zowel de eindtermen, leerplandoelen als concrete lesdoelen verstaan die leraren kunnen nastreven.
De wijze waarop leerlingen leren. Verschillen in leerprofiel hebben vooral te maken met de leerstrategieën en de leervoorkeuren voor bepaalde activiteiten.
Wat leerlingen al kennen en kunnen. Verschillen in leerstatus uiten zich voornamelijk op (meta)cognitief vlak, maar gaan ook over verschillen op sociaal-affectief en (psycho)motorisch vlak.
Het spreiden van leermomenten doorheen de tijd om zo tot een hoger leereffect te komen.
Een evaluatie-instrument is valide wanneer het meet wat je beoogt te meten.
De maatregelen die het zorgteam neemt in samenspraak met leerling, ouders en leraren. Het doel is om leerlingen die extra zorg nodig hebben te ondersteunen om de gestelde leerdoelen te bereiken.
Het vertrouwen in de eigen bekwaamheid om een opdracht tot een goed einde te kunnen brengen.
Het vermogen om het eigen leren te plannen, te monitoren en te evalueren.
Het in eigen woorden uitleggen van de leerstof.