PROEV werd ontwikkeld door een consortium o.l.v. UGent en UAntwerpen, i.o.v. het Departement Onderwijs en Vorming

Het is al jaren de gewoonte dat we op het einde van het schooljaar feedback vragen aan onze leerlingen. Dat is echt een leerrijk moment voor mij als leerkracht. Alleen is het jammer dat het vragen van feedback enkel op het einde van het jaar wordt gepromoot. Ik vraag de leerlingen nu ook al om feedback na het eerste trimester. Op die manier kan ik aanpassingen doen waar de leerlingen zelf van profiteren. Ze appreciëren dit enorm.
Leraar chemie (2e graad secundair onderwijs)

Beschrijving

Leerlingen zien je (minstens) wekelijks aan het werk en ervaren uit de eerste hand de effecten van je onderwijs. Dit maakt dat leerlingen geschikte informatiebronnen zijn om je sterktes en groeipunten in kaart te brengen in functie van het optimaliseren van je onderwijs. Het loont dus de moeite om feedback te vragen aan je leerlingen. Dit verloopt via een formele bevraging waarbij je informatie verzamelt over hoe leerlingen je onderwijs ervaren.  

Voordelen

  • Wanneer leerlingen een stem krijgen, bevordert dit de betrokkenheid en de motivatie.

  • Aan de slag gaan met de feedback van leerlingen komt de leraar-leerlingrelatie ten goede.

  • Het verzamelen van en reageren op feedback heeft een positieve impact op leerlingen die het moeilijker hebben en op leerlingen uit lagere sociaaleconomische milieus: je biedt hen de mogelijkheid om te communiceren over hun kwetsbaarheden in de klas en over andere (leer)problemen die ze tegenkomen.

  • Het helpt om (leer)behoeften bloot te leggen en aanpassingen te doen in het onderwijsproces

  • Het kan een positieve impact hebben op het zelfvertrouwen, de motivatie en de jobtevredenheid van leraren, waardoor zij beter functioneren.

  • Het kan de blinde vlekken van leraren blootleggen, waardoor ze meer gaan reflecteren over hun eigen functioneren. Dit kan vervolgens aanleiding geven tot of richting geven aan professionalisering.

  • De feedback van leerlingen biedt een dieper inzicht in dynamieken die heersen in een klasgroep.

  • Leerlingen kunnen betrouwbare en zinvolle feedback geven vanuit hun eigen ervaringen in de klas.

Een beknopt literatuuroverzicht kan je hier vinden.

Bronnen
open

De inhoud in 'overzicht' en 'aan de slag in de klas' is gebaseerd op volgende bronnen:

  • Mandinach, E. B., & Gummer, E. S. (2016). What does it mean for teachers to be data literate: Laying out the skills, knowledge, and dispositions. Teaching and Teacher Education, 60, 366–376.

  • Mandinach, E.B., & Schildkamp, K. (2021). Misconceptions about data-based decision making in education: an exploration of the literature. Studies in Educational Evaluation 69.

  • Mandouit, L. (2018). Using student feedback to improve teaching. Educational Action Research, 26(5), 755-769, DOI: 10.1080/09650792.2018.1426470  

Op een kwalitatieve manier feedback vragen aan je leerlingen: 8 tips

Tip 1: Combineer gesloten en open vragen

De meest effectieve manier om leerlingen te bevragen is de combinatie van stellingen en open vragen. Bij de stellingen geven leerlingen aan in hoeverre ze akkoord gaan. De open vragen tonen aan wat, in de ogen van leerlingen, al dan niet werkt en waarom.

Tip 2: Pas de vragen aan

Om betrouwbare en valide antwoorden te verzamelen, heb je vragen nodig die zijn aangepast aan de cognitieve capaciteiten van de groep. Zorg ervoor dat de leerlingen de vragen eenduidig begrijpen. Denk goed na over de formulering van stellingen en vragen en ga expliciet na of de leerlingen alles eenduidig begrijpen.

Tip 3: Stel ‘goede vragen’

'Goede vragen' zijn in eerste instantie vragen die leerlingen kunnen beantwoorden. Stel bijvoorbeeld geen vragen over de complexiteit van het vak of de opbouw van de lessenreeksen. Het zijn verder ook vragen waarbij leerlingen zinvolle informatiebronnen zijn: vragen over de klasaanpak, het respectvol omgaan met leerlingen, het inzetten van motiverende, activerende werkvormen, enzovoort. Dit zijn aspecten die je vervolgens kan aanpassen. Dit kan veel minder met persoonlijke kenmerken.

Laat zeker nooit leraren of vakken vergelijken. Hiermee dwing je de leerlingen tot favoritisme.

Tip 4: De volledige klas

Bevraag steeds de volledige klasgroep. Als je enkel feedback krijgt van vrijwilligers, krijg je een vertekend beeld. Je wil namelijk een totaalbeeld van de klas om hiermee aan de slag te gaan.

Tip 5: Creëer veiligheid

Veiligheid helpt vooral schuchtere leerlingen om eerlijk te antwoorden op de gestelde vragen. Veiligheid kan je creëren door een vragenlijst anoniem te laten invullen. Wees je ook bewust van de plaats die je inneemt in het lokaal. Zorg dat je de antwoorden van leerlingen niet kan zien en loop niet rond in de klas. Wanneer leerlingen het gevoel hebben dat de leraar meekijkt, zijn ze mogelijk geneigd minder eerlijk te antwoorden. Zorg er ook voor dat leerlingen elkaar niet beïnvloeden. Voorzie voldoende tijd en waak over een rustig klasklimaat.

Het kan helpen om de bevraging online te laten invullen (zie verder over de feedbacktool Vlaamse scholierenkoepel). Zo kan ook het handschrift van leerlingen geen effect hebben. De kans is immers reëel dat je het handschrift van je leerlingen herkent.

Tip 6: Niet enkel feedback in juni

Dit is een courante praktijk. Door leerlingen enkel in juni te bevragen, mis je een heleboel kansen:

  • Indien je het jaar nadien lesgeeft aan een andere klasgroep, zullen de leerlingen die je bevraagde in juni immers zelf amper voordeel halen uit mogelijke bijsturingen op basis van hun feedback. Bovendien is niet elke klasgroep gelijk. Wat in de ene klasgroep werkt, is daarmee niet automatisch effectief in de andere.

  • De grote meerwaarde van het verzamelen van feedback van leerlingen zit in de vervolgacties die je kan ondernemen op basis van de resultaten. Door vroeg in het schooljaar inzicht te krijgen in de wensen, behoeften en noden van leerlingen kan je hier gericht op inspelen tijdens het schooljaar. Een volgend feedbackmoment kan dan uitwijzen of de aanpassingen de gewenste effecten hebben bij de leerlingen.

Het is een aanrader om verschillende feedbackmomenten te voorzien, verspreid over het schooljaar.

Tip 7: Bespreek de feedback met de leerlingen

Benoem duidelijk wat je wil aanpassen of verbeteren op basis van de feedback. Maak duidelijk dat je niet in één keer aan alles kan werken. Verduidelijk waarom je die bepaalde keuze hebt gemaakt en welke ingrepen je al dan niet zal doen.

Tip 8: Doe écht iets met de feedback

Als je een verbeterdoel hebt verduidelijkt aan de leerlingen, laat dit dan echt resulteren in actie. Bevraag collega’s over hun aanpak rond dit topic, doe collegiale visitaties, volg gerichte nascholingen, ga binnen deze website op zoek naar tips & tricks. Als je niets met de feedback doet, kan de desinteresse groeien bij leerlingen en vragen ze zich af waarom hun feedback werd gevraagd.

Feedbacktool Vlaamse Scholierenkoepel

De Vlaamse scholierenkoepel ontwikkelde in 2018 een gratis online feedbacktool. Deze onderscheidt zich van andere feedbackinstrumenten door verder te kijken dan enkel het onderwijsproces. Er wordt ook nagegaan wat de leerlingen juist hebben gehad aan de lessen en welke groei ze hebben doorgemaakt dankzij jouw lessen.

De feedbacktool is een betrouwbaar, valide en flexibel inzetbaar feedbackinstrument dat leerlingen en leraren in staat stelt om op een laagdrempelige manier kwalitatieve feedback te geven en te ontvangen. Daarna kan je deze eenvoudig analyseren en verwerken.

  • Je maakt een account aan op feedbacktool.scholierenkoepel.be.

  • Je maakt de klasgroepen aan waarvan je feedback wil ontvangen. Je kan de thema’s aanduiden waarop je feedback wil. Hiervoor selecteer je enkele van de relevante competentiedomeinen die op basis van onderzoek worden onderscheiden. Dit gaat van creativiteit, kritisch denken, samenwerken tot alles wat met digitaal onderwijs te maken heeft. Eventueel kan je deze domeinen verder aanvullen. De feedbacktool voorziet automatisch een aantal stellingen per competentie en biedt ook enkele standaard open vragen aan die de leerlingen in eigen woorden beantwoorden. Deze vragen kan je aanpassen of je kan er zelf formuleren. Dit geeft je niet alleen feedback, maar ook een idee over wat je kan aanpassen en optimaliseren in het onderwijsproces.

  • Van zodra de vragenlijst is samengesteld, genereert de feedbacktool een unieke code die je aan de leerlingen bezorgt. Hiermee komen ze rechtsreeks in de vragenlijst terecht, waar ze de stellingen anoniem kunnen aangeven in hoeverre ze het eens zijn met de verschillende stellingen. Dit gaat van helemaal oneens tot helemaal eens.

  • De resultaten kunnen makkelijk geanalyseerd worden door de gemiddeldes per stelling te onderzoeken en de antwoorden op de open vragen te bekijken.

Meer informatie en bijhorende werkvormen worden aangeboden op de website van de Vlaamse scholierenkoepel: /feedbacktool

Digitale mogelijkheden

Er bestaan verschillende digitale leerplatformen en gebruiksvriendelijke websites die toelaten om gratis enquêtes aan te maken, te laten invullen en nadien te analyseren.

Bronnen
open

De inhoud in 'overzicht' en 'aan de slag in de klas' is gebaseerd op volgende bronnen:

  • Mandinach, E. B., & Gummer, E. S. (2016). What does it mean for teachers to be data literate: Laying out the skills, knowledge, and dispositions. Teaching and Teacher Education, 60, 366–376.

  • Mandinach, E.B., & Schildkamp, K. (2021). Misconceptions about data-based decision making in education: an exploration of the literature. Studies in Educational Evaluation 69.

  • Mandouit, L. (2018). Using student feedback to improve teaching. Educational Action Research, 26(5), 755-769, DOI: 10.1080/09650792.2018.1426470  

Het één per één beoordelen van opdrachten van leerlingen, al dan niet aan de hand van vooropgestelde kwaliteitscriteria.
Een evaluatieresultaat is betrouwbaar wanneer het niet wordt beïnvloed door niet-relevante factoren. Het resultaat weerspiegelt de mate waarin een leerling de leerdoelen beheerst.
De zorg die alle leerlingen nodig hebben om zich te kunnen ontplooien en om gebruik te kunnen maken van hun talenten en mogelijkheden.
De mate waarin het werkgeheugen wordt belast. Om het leerproces te bevorderen, dien je de cognitieve belasting te optimaliseren.
Een cluster van kennis, vaardigheden en attitudes die leerlingen in complexe contexten kunnen toepassen.
De neiging om nieuwe informatie zodanig op te zoeken en/of te filteren dat deze de eigen ideeën, opvattingen en/of hypothesen bevestigt.
In een constructief afgestemd onderwijsproces zijn de leerdoelen, de (summatieve) evaluatie en de onderwijs- en leeractiviteiten op elkaar afgestemd.
In een constructief afgestemd onderwijsproces zijn de leerdoelen, de (summatieve) evaluatie en de onderwijs- en leeractiviteiten op elkaar afgestemd.
Een overzicht van de criteria die worden gebruikt om een opdracht te beoordelen. Het geeft aan waaraan een opdracht dient te voldoen en welke aspecten van belang zijn.
Het proactief, positief en planmatig omgaan met verschillen tussen leerlingen (interesses, leerstatus en leerprofiel) met als doel om een maximaal leerrendement voor alle leerlingen te realiseren op het vlak van motivatie, leerwinst en leerefficiëntie.
Het vermogen van leerlingen om informatie van verschillende bronnen te aanvaarden en te gebruiken om de kwaliteit van hun werk te verbeteren.
Het krijgen van te veel feedback waardoor leerlingen overrompeld worden en niet meer aan de slag kunnen met de feedback.
Aanpakken waarmee je het leerproces op de korte termijn bewust bemoeilijkt waardoor leerlingen harder moeten nadenken. Dit is gewenst omdat het op lange termijn voor leerwinst zorgt.
Het beschouwen van intelligentie als iets dat niet vaststaat, maar als iets kneedbaar. Personen met een growth mindset hebben de overtuiging dat capaciteiten ontwikkeld kunnen worden.
De neiging om een persoon (leerling) positief te beoordelen, gebaseerd op één positief aspect.
De neiging om een persoon (leerling) negatief te beoordelen, gebaseerd op één negatief aspect.
De moeilijkheid om je als expert te verplaatsen in de situatie van personen die bepaalde kennis (nog) niet hebben. Hoe meer kennis je hebt, hoe moeilijker om in te schatten hoe het is om deze kennis niet te hebben.
Een mentaal beeld van welk kwaliteitsniveau wordt verwacht, hoe verschillende kwaliteitsniveaus eruitzien en hoe je kan komen tot het nagestreefde kwaliteitsniveau.
De criteria die worden gehanteerd om te beoordelen in hoeverre een evaluatie succesvol was (= evaluatiecriteria, succescriteria).
De leerdoelen omschrijven wat leerlingen moeten kennen en kunnen op het einde van een leerproces. In deze tool wordt onder leerdoelen zowel de eindtermen, leerplandoelen als concrete lesdoelen verstaan die leraren kunnen nastreven.
De wijze waarop leerlingen leren. Verschillen in leerprofiel hebben vooral te maken met de leerstrategieën en de leervoorkeuren voor bepaalde activiteiten.
Wat leerlingen al kennen en kunnen. Verschillen in leerstatus uiten zich voornamelijk op (meta)cognitief vlak, maar gaan ook over verschillen op sociaal-affectief en (psycho)motorisch vlak.
Het spreiden van leermomenten doorheen de tijd om zo tot een hoger leereffect te komen.
Een evaluatie-instrument is valide wanneer het meet wat je beoogt te meten.
De maatregelen die het zorgteam neemt in samenspraak met leerling, ouders en leraren. Het doel is om leerlingen die extra zorg nodig hebben te ondersteunen om de gestelde leerdoelen te bereiken.
Het vertrouwen in de eigen bekwaamheid om een opdracht tot een goed einde te kunnen brengen.
Het vermogen om het eigen leren te plannen, te monitoren en te evalueren.
Het in eigen woorden uitleggen van de leerstof.