PROEV werd ontwikkeld door een consortium o.l.v. UGent en UAntwerpen, i.o.v. het Departement Onderwijs en Vorming

Voor mijn vak bestaat er vaak meer dan één juist antwoord. Doorgaans geef ik geschreven feedback, maar daar kruipt echt veel tijd in. Ik zou met mondelinge feedback willen werken, maar ik weet niet goed hoe ik daar aan moet beginnen.
Leraar sociologie en psychologie (2e graad secundair onderwijs)

Beschrijving

Individuele feedback, toegespitst op het specifieke werk van leerlingen, is en blijft een effectieve methode. Helaas vergt het een hele tijdsinvestering. Een alternatief om individuele feedback te bieden, is audio- of videofeedback waarbij leraren hun mondelinge feedback opnemen en toevoegen aan het werk van leerlingen.

Voordelen

  • Leerlingen waarderen persoonlijke audio- of videofeedback. Ze vinden deze feedback rijker en gedetailleerder waardoor ze er sneller mee aan de slag gaan.

  • Met audio- of videofeedback kan je accenten of nuances leggen in jouw stem die moeilijker te maken zijn in geschreven commentaren. Leerlingen zien ook jouw gezichtsuitdrukkingen waardoor ze de feedback sneller kunnen aanvaarden.

  • Leerlingen hebben de mogelijkheid om de feedback opnieuw te beluisteren of bekijken.

  • Leerlingen krijgen een voorbeeld van hoe je feedback geeft. Dit draagt bij aan de ontwikkeling van feedbackgeletterdheid.

  • Het is een tijdsefficiënte manier van feedback geven: gemiddeld praat je zeven tot negen maal sneller dan dat je schrijft.  

  • Bij complexe opdrachten waar inzichten en verbanden centraal staan, is het eenvoudiger om audio- of videofeedback te voorzien.

  • Het kan de luistervaardigheid bevorderen in het vreemde talenonderwijs of bij taalzwakke leerlingen.

Houd rekening met de vier randvoorwaarden voor effectieve feedback: kwaliteitsbesef, feedbackgeletterdheid, een landingsplek voor kwaliteitsvolle feedback.

Beperk de duur van de audio- of videofeedback. Focus op de belangrijkste aandachtspunten en laat je niet verleiden om feedback te geven op álles (feedbackoverload).

Een beknopt literatuuroverzicht kan je hier terugvinden.

Bronnen
open

De inhoud in dit overzicht is gebaseerd op volgende bronnen:

  • Barton, C. (2022). Consider the impact of audio feedback. Tips for teachers. Geraadpleegd op 12 oktober 2022, van /jon-mumford/

  • Collin, J., & Quigley, A. (2021). Teacher Feedback To Improve Pupil Learning. Guidance Report. Retrieved from /eef-guidance-reports/feedback/Teacher_Feedback_to_Improve_Pupil_Learning.pdf?v=1682698186

  • Vanhoof, S., & Speltincx, G. (2021). Feedback in de klas. Verborgen leerkansen. Leuven: Lannoo Campus.

  • Winstone, N., & Carless, D. (2019). Designing Effective Feedback Processes in Higher Education: A Learning-Focused Approach (1st ed.). Routledge. /10.4324/9781351115940

  • Wiliam, D., & Leahy, S. (2019). Formatief evalueren in de praktijk. Bazalt Educatieve Uitgaven.

Videofeedback

Videofeedback kan je eenvoudig voorzien.

EEN VOORBEELD UIT DE LES SOCIOLOGIE EN PSYCHOLOGIE (TWEEDE GRAAD)

Ik film mezelf terwijl ik de opdrachten van mijn leerlingen aan het verbeteren ben. Dit doe ik via Loom. Dat is een gratis te downloaden programma en zeer gebruiksvriendelijk. Ik formuleer luidop hoe ik verbeter, waar ik op let, welke fouten leerlingen maken en wat ze kunnen doen om hun opdracht beter te maken. Het is geen extra werk, ik moet niet achteraf mijn feedback noteren. Je verbetert gewoon en zet de camera aan. Het kost evenveel tijd als geen feedback geven. Ik denk dat het vooral interessant is omdat de leerlingen dit meermaals kunnen bekijken. Ze hebben dan ineens een voorbeeld van hoe feedback wordt gegeven en waar naar wordt gekeken. Dit kan hen helpen om zelf opdrachten te evalueren en bijvoorbeeld peerfeedback te geven.

Audio- en videofeedback met Qwiqr

Een handige en gratis beschikbare tool voor audio- of videofeedback is Qwiqr. De tool kent verschillende mogelijkheden. Globaal valt de werkwijze in drie stappen samen te vatten:

Stap 1 – QR-code

Om audio- of videofeedback te voorzien start je met het genereren van een QR-code. Dit gebeurt gewoon op de website. Vervolgens voeg je de QR-code toe aan een (deel van het) werk van een leerling.

Stap 2: Scannen en feedback voorzien

Je scant de QR-code met jouw smartphone of tablet en voorziet audio- of videofeedback. De feedback hangt nu vast aan de betreffende QR-code. Nadien bezorg je de opdracht, met de bijhorende audio- of videofeedback, terug aan de leerling in kwestie.

Je kan ook kiezen om een Qwiqr conversation te starten. Dit stelt leerlingen in staat om te reageren op jouw feedback door ook een audio- of video-opname te maken. Hiermee kan je controleren hoe de feedback binnenkomt bij leerlingen en hoe ze ermee aan de slag gaan.

Ook kan je een afbeelding of foto toevoegen. Hang bijvoorbeeld een stappenplan of oplossingsprocedure vast aan de feedback.

Stap 3: Scannen en feedback ontvangen

De leerling scant de QR-code en komt onmiddellijk terecht op jouw audio- of videofeedback. Vervolgens gaat de leerling aan de slag.

Bijkomende tips

  • Peerfeedback: Qwiqr kan je ook gebruiken voor peerfeedback. Je voorziet elk werk van een QR-code zonder dat je hier zelf feedback aan hebt gekoppeld. Nadien geef je de opdracht om het werk van een medeleerling door te nemen, de QR-code te scannen en het werk te voorzien van peerfeedback.

  • Algemene feedback: Qwiqr kan je ook gebruiken om feedback te voorzien over het algemene functioneren van leerlingen. Genereer bij aanvang van het schooljaar een QR-code voor elke leerling. Laat vervolgens elke leerling de QR-code vooraan de map kleven en houd zelf een eenvoudig overzichtje bij van welke QR-code bij welke leerling hoort. Dit stelt je in staat om gedurende het schooljaar individuele leerlingen te voorzien van algemene audio- of videofeedback zoals ‘Ik merk dat je actiever deelneemt tijdens de lessen,’ of ‘Je maakte een paar mindere toetsen. Herbekijk de theorie en maak de extra oefeningen die online staan.’ De feedback die aan een bepaalde QR-code is gekoppeld, kan je steeds ‘overschrijven’.

  • Klassikale feedback: Door elke leerling dezelfde QR-code te bezorgen, kan je de tool ook inzetten voor klassikale feedback.

  • Link in plaats van QR-code: Indien gewenst kan je ook een link genereren. De werkwijze blijft dezelfde: je voorziet de audio- of videofeedback en stuurt de link door. Vervolgens kunnen leerlingen jouw feedback beluisteren en erop reageren.

  • Leerlingen activeren: Wees je ervan bewust dat de tool op zich geen garantie is voor effectieve feedback. Zonder een actieve verwerking van de leerlingen is feedback altijd een zonde van de tijd, hoe mooi deze ook is geformuleerd. Zorg er dus steeds voor dat de leerlingen in actie komen. Laat hen reageren op de feedback en laat hen de verkregen informatie inzetten in een nieuwe (versie van een) opdracht.

Digitale mogelijkheden

Naast Qwiqr zijn er verschillende andere manieren om audio- of videofeedback te voorzien. Zo beschikt quasi elke smartphone over een app waarmee je geluids- en video-opnames kan maken. Ook online zijn er verschillende alternatieven terug te vinden: Vocaroo is een tool die een link genereert van jouw audio-opname. Deze link kan je nadien delen met jouw leerlingen zonder dat je iets opslaat op jouw smartphone of computer. Er bestaan ook verschillende screenrecording-tools zoals Apowersoft om videofeedback te maken.

Bronnen
open

De inhoud is gebaseerd op volgende bronnen:

  • Barton, C. (2022). Consider the impact of audio feedback. Tips for teachers. Geraadpleegd op 12 oktober 2022, van /jon-mumford/

  • Vanhoof, S., & Speltincx, G. (2021). Feedback in de klas. Verborgen leerkansen. Leuven: Lannoo Campus.

  • Wiliam, D., & Leahy, S. (2019). Formatief evalueren in de praktijk. Bazalt Educatieve Uitgaven.

Het één per één beoordelen van opdrachten van leerlingen, al dan niet aan de hand van vooropgestelde kwaliteitscriteria.
Een evaluatieresultaat is betrouwbaar wanneer het niet wordt beïnvloed door niet-relevante factoren. Het resultaat weerspiegelt de mate waarin een leerling de leerdoelen beheerst.
De zorg die alle leerlingen nodig hebben om zich te kunnen ontplooien en om gebruik te kunnen maken van hun talenten en mogelijkheden.
De mate waarin het werkgeheugen wordt belast. Om het leerproces te bevorderen, dien je de cognitieve belasting te optimaliseren.
Een cluster van kennis, vaardigheden en attitudes die leerlingen in complexe contexten kunnen toepassen.
De neiging om nieuwe informatie zodanig op te zoeken en/of te filteren dat deze de eigen ideeën, opvattingen en/of hypothesen bevestigt.
In een constructief afgestemd onderwijsproces zijn de leerdoelen, de (summatieve) evaluatie en de onderwijs- en leeractiviteiten op elkaar afgestemd.
In een constructief afgestemd onderwijsproces zijn de leerdoelen, de (summatieve) evaluatie en de onderwijs- en leeractiviteiten op elkaar afgestemd.
Een overzicht van de criteria die worden gebruikt om een opdracht te beoordelen. Het geeft aan waaraan een opdracht dient te voldoen en welke aspecten van belang zijn.
Het proactief, positief en planmatig omgaan met verschillen tussen leerlingen (interesses, leerstatus en leerprofiel) met als doel om een maximaal leerrendement voor alle leerlingen te realiseren op het vlak van motivatie, leerwinst en leerefficiëntie.
Het vermogen van leerlingen om informatie van verschillende bronnen te aanvaarden en te gebruiken om de kwaliteit van hun werk te verbeteren.
Het krijgen van te veel feedback waardoor leerlingen overrompeld worden en niet meer aan de slag kunnen met de feedback.
Aanpakken waarmee je het leerproces op de korte termijn bewust bemoeilijkt waardoor leerlingen harder moeten nadenken. Dit is gewenst omdat het op lange termijn voor leerwinst zorgt.
Het beschouwen van intelligentie als iets dat niet vaststaat, maar als iets kneedbaar. Personen met een growth mindset hebben de overtuiging dat capaciteiten ontwikkeld kunnen worden.
De neiging om een persoon (leerling) positief te beoordelen, gebaseerd op één positief aspect.
De neiging om een persoon (leerling) negatief te beoordelen, gebaseerd op één negatief aspect.
De moeilijkheid om je als expert te verplaatsen in de situatie van personen die bepaalde kennis (nog) niet hebben. Hoe meer kennis je hebt, hoe moeilijker om in te schatten hoe het is om deze kennis niet te hebben.
Een mentaal beeld van welk kwaliteitsniveau wordt verwacht, hoe verschillende kwaliteitsniveaus eruitzien en hoe je kan komen tot het nagestreefde kwaliteitsniveau.
De criteria die worden gehanteerd om te beoordelen in hoeverre een evaluatie succesvol was (= evaluatiecriteria, succescriteria).
De leerdoelen omschrijven wat leerlingen moeten kennen en kunnen op het einde van een leerproces. In deze tool wordt onder leerdoelen zowel de eindtermen, leerplandoelen als concrete lesdoelen verstaan die leraren kunnen nastreven.
De wijze waarop leerlingen leren. Verschillen in leerprofiel hebben vooral te maken met de leerstrategieën en de leervoorkeuren voor bepaalde activiteiten.
Wat leerlingen al kennen en kunnen. Verschillen in leerstatus uiten zich voornamelijk op (meta)cognitief vlak, maar gaan ook over verschillen op sociaal-affectief en (psycho)motorisch vlak.
Het spreiden van leermomenten doorheen de tijd om zo tot een hoger leereffect te komen.
Een evaluatie-instrument is valide wanneer het meet wat je beoogt te meten.
De maatregelen die het zorgteam neemt in samenspraak met leerling, ouders en leraren. Het doel is om leerlingen die extra zorg nodig hebben te ondersteunen om de gestelde leerdoelen te bereiken.
Het vertrouwen in de eigen bekwaamheid om een opdracht tot een goed einde te kunnen brengen.
Het vermogen om het eigen leren te plannen, te monitoren en te evalueren.
Het in eigen woorden uitleggen van de leerstof.