Sommige kinderen hebben veel meer ondersteuning en uitleg nodig dan andere. Vroeger probeerden we de gulden middenweg te zoeken, maar zo dreigden de kinderen aan de twee uiteinden uit de boot te vallen. Daarom hebben we de miniklas opgericht, waarbinnen leerlingen extra uitleg krijgen terwijl de andere leerlingen op hun eigen niveau en tempo voortwerken. Een win-win voor iedereen.
Beschrijving
Verlengde instructie is een differentiatievorm waarmee je de instructietijd verlengt voor de leerlingen die hier nood aan hebben. Vaak worden deze leerlingen samengenomen in een apart groepje (de ‘miniklas’) terwijl de overige leerlingen zelfstandig aan de slag gaan. De bedoeling is dat je met je verlengde instructie aansluit bij hun specifieke leernoden.
Voordelen
Verlengde instructie in een miniklas kan je integreren in een breed gamma aan werkwijzen: contract- en hoekenwerk, een meersporenbeleid, een groepswerk, enzovoort.
Je kan maximaal inspelen op de instructie- en leerbehoeften van alle leerlingen.
Hoe langer leerlingen aan de slag zijn met de leerstof, hoe groter de kans dat ze deze uiteindelijk zullen beheersen.
Het biedt extra ondersteuning voor leerlingen die het moeilijk hebben. Dit verhoogt de kansengelijkheid.
De bijkomende instructie kan ervoor zorgen dat leerlingen zich competent voelen. Dit verhoogt hun motivatie, zelfvertrouwen en hun zelfbeeld.
Je kan leerlingen mee laten beslissen of ze al dan niet deelnemen aan de miniklas. Dit komt de zelfregulatie ten goede (meer kan je hier lezen).
Slim georganiseerd, vereist het weinig bijkomend voorbereidingswerk.
De keuze om al dan niet deel te nemen aan de verlengde instructie maken de leraar en leerlingen best samen. Sommige leerlingen zal je echter moeten aanmoedigen om aan te sluiten. Het is immers van belang dat je de leerlingen bereikt die hier nood aan hebben.
Het gevaar van stigmatisering loert om de hoek van zodra je leerlingen homogeen samen zet. Daarom is het van belang leerlingen mee te laten kiezen om al dan niet deel te nemen. Leerlingen moeten dit moment als ondersteunend ervaren, niet als straf.
Een beknopt literatuuroverzicht kan je hier vinden.
De inhoud in 'overzicht' en 'aan de slag in de klas' is gebaseerd op volgende bronnen:
Coubergs, C., Struyven, K., Engels, N., Cools, W., & De Martelaer K. (2013). Binnenklasdifferentiatie. Leerkansen voor alle leerlingen. Leuven: Acco.
Coubergs, C., Struyven, K., Gheyssens, E., & Engels, N. (2015). Het BKD-leerkrachtmodel: binnenklasdifferentiatie realiseren in de klas. Impuls 45(3), 151- 159.
Kirschner, P. (2018, 23 februari). Iedereen haat directe instructie (maar het werkt!). Blogcollectief onderzoek onderwijs. Geraadpleegd op 17 maart 2022, van /2018/02/23/iedereen-haat-directe-instructie-terwijl-het-werkt/
Struyven, K. et al. (2019). Binnenklasdifferentiatie in de praktijk. Ieders leer-kracht realiseren. Uitgeverij Acco.
Smets W. (2017). Slim differentiëren, praktijkboek binnenklasdifferentiatie voor leerkrachten, De Boeck: Antwerpen.