Van zodra we leren, beginnen we te vergeten. Om het vergeetproces te vertragen en informatie met andere woorden langer te kunnen onthouden, is het van belang om verschillende oefenmomenten te voorzien, gespreid in de tijd. Zo creëer je een spaced practice (distributed practice of ‘gespreid oefenen’).
Je verspreidt verschillende leermomenten doorheen de tijd. Op deze manier maak je het leerproces van leerlingen bewust moeilijker (hoe makkelijker, hoe beter?) en activeer je hen om verschillende keren actief aan de slag te gaan met leerstof. Dit resulteert in hogere leereffecten: de leerstof vindt eenvoudiger zijn plaats in het langetermijngeheugen waardoor je de kennis op latere momenten makkelijker terug uit je langetermijngeheugen kan halen.
Nuthall (2007) stelt dat leerlingen, willen ze iets leren, tenminste drie keer een set aan informatie over een thema moeten tegenkomen.
Hermann Ebbinghaus boog zich als eerste over het effect van het spreiden van leermomenten. Zijn beroemde vergeetcurve (1885,1964) (de donkere lijn in Figuur 1) demonstreert dat mensen op een exponentiële manier vergeten wat ze zojuist hebben geleerd. Het toont dat je het meeste al vergeet in het eerste uur. Na ongeveer één dag vlakt de vergeetcurve af en na ongeveer een week zal je zo goed als alles vergeten zijn.
Gelukkig kan je dit vergeten tegengaan. Het werk van Ebbinghaus toont immers ook dat je het vergeetproces opmerkelijk kan vertragen door tussentijds te oefenen met de leerstof. Dit onderbreekt het vergeetproces, wat de curve minder stijl maakt (lichtpaarse lijnen in Figuur 1), en waardoor we op lange termijn meer onthouden.
Het is de frequentie van de verschillende leermomenten en niet zozeer het besteden van meer tijd aan een opdracht die het verschil maakt bij het leren. Je onthoudt en leert meer door vier keer een half uur, verspreid in de tijd, te leren dan twee uur na elkaar te studeren: 4x30min > 120min.
Om tot nog hogere leereffecten te komen, kan je een spaced practice combineren met een retrieval practice. Op deze manier creëer je een spaced retrieval practice, wat het leren nog effectiever maakt dan elke strategie op zich.
Bjork, R. A. (1994). Memory and metamemory considerations in the training of human beings. In J. Metcalfe & A. Shimamura (Eds.), Metacognition: Knowing about knowing (pp. 185–205). MIT Press.
Carpenter, S. K., Pan, S. C. & Butler, A. C. (2022). The science of effective learning with spacing and retrieval practice. Nature Reviews Psychology, 1, 496–511.
Coe, R., Rauch, C.J., Kime, S., & Singleton, D. (2020). Great teaching toolkit. Evidence review. Evidence Based Education.
Dunlosky, J., Rawson, K.A., Marsh, E.J., Nathan, M.J., & Willingham, D.T. (2013). Improving students' learning with effective learning techniques: Promising directions. Psychological Science in the Public Interest, 14(1), 4-58.
Ebbinghaus, H. (1885/1964). Memory: A contribution to experimental psychology. New York, NY: Dover Publications.
Hattie, J. (2012). Visible learning: A synthesis of over 800 meta-analyses relating to achievement. Londen: Routledge.
Nuthall, G. (2007). The hidden lives of learners. NVCER Press, Wellington, NZ.
Sherrington, T., & Caviglioli, O. (2020). Teaching walkthrus. John Catt Educational Ltd. Woodbridge.
Soderstrom, N.C., & Bjork, R.A. (2015). Learning Versus Performance: An Integrative Review. Perspectives on Psychological Science, 10(2), 176–199.
Surma, T., Vanhoyweghen, K., Sluijsmans, D., Camp, G., Muijs, D., & Kirschner, P.A. (2019). Wijze lessen. Twaalf bouwstenen voor effectieve didactiek. Meppel: Ten Brink Uitgevers.